Proces kenniscreatie
Het proces van kenniscreatie gebeurt door te experimenteren, kritisch te reflecteren en vakgebieden interdisciplinair met elkaar te verbinden. Leren vindt plaats in relatie tot anderen en de context, waarbij het stellen van vragen, het verkennen van mogelijkheden en het omgaan met onzekerheid centraal staan. Studenten worden zo gestimuleerd hun probleemoplossend vermogen en creativiteit te ontwikkelen, wat hen in staat stelt om waarde te creëren in complexe en veranderlijke situaties.
Kenniscreatie vereist het doorbreken van grenzen tussen vakgebieden—bijvoorbeeld het combineren van technologie met kunst, of psychologie met ondernemerschap—om tot innovatieve producten, diensten of ideeën te komen. Daarnaast gaat het om het creatief herinterpreteren en anders toepassen van bestaande kennis, niet slechts het herhalen van wat geleerd is. Tegelijkertijd blijft diepgaande vakinhoudelijke kennis essentieel, omdat die het fundament vormt waarmee studenten kansen kunnen herkennen en effectief benutten.
Bij kenniscreatie gaat het niet alleen over het toepassen van bestaande kennis, maar juist over het ontwikkelen van nieuwe inzichten. Studenten die écht iets nieuws willen creëren—of dat nu een product, dienst, oplossing of idee is—moeten soms bestaande grenzen tussen vakgebieden overstijgen. Dat betekent bijvoorbeeld dat een student technologie combineert met kunst, of psychologie met ondernemerschap, om tot iets origineels te komen.
Daarnaast kunnen studenten bestaande kennis op een nieuwe manier inzetten, dus niet alleen wat ze weten toepassen zoals het is geleerd, maar ermee spelen, het bevragen of het in een andere context plaatsen.
Toch is vakinhoudelijke kennis (domeinspecifieke kennis) óók essentieel. Die biedt het fundament waarmee studenten kansen kunnen herkennen, beoordelen en benutten. Iemand kan immers pas iets vernieuwends doen binnen een vakgebied als hij of zij voldoende weet van dat vakgebied om te zien wat er ontbreekt, of waar vernieuwing mogelijk is.
Continuüm van kenniscreatie in ondernemend leren
- Toepassen van bestaande kennis (Eenvoudig)
- Studenten gebruiken en reproduceren kennis zoals die is aangeleerd.
- Focus ligt op het begrijpen en toepassen binnen bekende contexten.
- Dit is geschikt voor beginnende studenten die nog weinig ervaring hebben.
- Herinterpreteren en creatief gebruiken van kennis (Middelmatig)
- Studenten bevragen en spelen met bestaande kennis.
- Ze passen kennis toe in nieuwe of onverwachte contexten.
- Interdisciplinair denken komt op gang en er ontstaat ruimte voor nieuwe verbanden.
- Passend voor studenten met enige ervaring en zelfvertrouwen.
- Genereren van nieuwe kennis en inzichten (Complex)
- Studenten overstijgen vakgrenzen en ontwikkelen originele ideeën, producten of diensten.
- Ze creëren nieuwe kennis door experimenteren, kritisch reflecteren en combineren van verschillende disciplines.
- Het proces is iteratief, onzeker en emergent.
- Dit niveau vraagt om gevorderde kennis, maturiteit en ondernemende houding.
Toepassing in het onderwijsontwerp
Door leeractiviteiten en opdrachten af te stemmen op dit continuüm, kan je studenten stap voor stap begeleiden in hun ontwikkeling. Beginnende studenten starten met het toepassen van bestaande kennis en worden vervolgens uitgedaagd om kennis creatief te herinterpreteren. Naarmate ze groeien in vaardigheden en inzicht, worden ze gestimuleerd tot het genereren van nieuwe kennis en het aangaan van complexere, interdisciplinair georiënteerde uitdagingen.