De software applicatie die voedselverspilling te slim af is
Op elke voedselverpakking staat een houdbaarheidsdatum. Maar heb je je wel eens afgevraagd hoe die bepaald wordt? Hoe weten producenten van sauzen, bereidingen en fijne vleeswaren wanneer hun aanbod zal bederven? Met trial en ruime marges om de errors te vermijden, zo blijkt. Daar wil Shelfion komaf mee maken. Via modellering en testkits helpt het voedselproducenten die datum preciezer te bepalen om zo verspilling tegen te gaan. Vanuit Denemarken voert Wendy ons mee van het lab naar productieplants, van de UGent over het Wintercircus naar Biotope en leren we hoe naast Flanders’ FOOD ook VLAIO bijdroeg aan het prille succes van deze start-up.
"Microbes may be invisible but their impact is enormous", schreef CEO Wendy Ossieur op LinkedIn naar aanleiding van International Microorganism Day. Die ene zin vat goed samen waar Shelfion rond werkt.
"Microben zorgen voor voedselbederf. Er zijn heel veel verschillende soorten en ze zitten overal. In de productieomgeving, op machines, op de huid van operatoren. In een fabriek ontstaat zo een gespecialiseerd microbioom, een eigen ecosysteem van micro-organismen dat de houdbaarheid van producten mee bepaalt", legt Wendy uit.
Maar microben zijn maar één stuk van de puzzel. "In essentie zijn er drie dingen die de houdbaarheid van een product bepalen", zegt ze. "De smaak, de chemische processen – denk bijvoorbeeld aan vetten die oxideren wanneer ze aan lucht worden blootgesteld – en de microbiële afbraak. Op lange termijn willen we met Shelfion al die factoren in kaart brengen. Vandaag focussen we bewust op het microbiologische luik, omdat dat het moeilijkst te voorspellen is en tegelijk de grootste onzekerheid voor producenten vormt."
Wachten tot het slecht wordt
Vandaag werken veel bedrijven nog verrassend eenvoudig. Ze produceren een batch, houden stalen opzij en wachten tot die bederven. Zeker bij producten met een langere houdbaarheid kan dat maanden duren. Om risico’s te vermijden, zetten producenten de houdbaarheidsdatum dan liever iets korter op het etiket. Veilig, maar niet altijd nodig. Het gevolg is dat tonnen perfect eetbaar voedsel toch in de vuilnisbak belanden.
Wendy: “Shelfion keert die logica om. In plaats van "wachten tot het slecht wordt" bieden we producenten de kans om op voorhand simulaties te draaien. We brengen de receptuur van een product, de procesparameters (wordt het voedsel tijdens de productie opgewarmd of gekoeld bewaard?) en de beoogde opslagcondities (verpakt onder beschermende atmosfeer?) in kaart. Onze modellen gebruiken die informatie om te voorspellen hoe lang het product microbiologisch veilig blijft", zegt Wendy.
Voor de klant mondt dat uit in drie mogelijke uitkomsten. "Als de klant zijn recept invoert en een simulatie laat draaien, kan hij een situatie krijgen waar alles goed zit: dan is er geen houdbaarheidsprobleem met de huidige receptuur en houdbaarheidsdatum. In een tweede situatie zien we duidelijk dat er groei van micro-organismen optreedt. Dan moet de klant iets veranderen aan zijn recept, proces of houdbaarheidsdatum. En dan is er nog een derde categorie, waar we geen voldoende betrouwbare voorspelling kunnen maken. In dat geval raden we onze testkit aan om te kijken of er effectief groei optreedt of niet. Met die nieuwe data verbeteren we het model verder."
De basis daarvoor ligt in het labo. Shelfion ontwikkelde een testkit die in één keer de relevante bederforganismen capteert. Zonder die testkit zou je in sommige gevallen tot zestien afzonderlijke testen nodig hebben. Met de kit genereert het team snel en gestandaardiseerd data. Die datapunten voeden op hun beurt de machine learning modellen.
Producten met langere houdbaarheid
Shelfion richt zich vooral op producten met een houdbaarheid langer dan veertien tot eenentwintig dagen. "Daar voelen producenten het meest de pijn", zegt Wendy. "Klassieke testen duren er gewoon te lang. Denk aan sauzen, salades, bereide maaltijden, brood- en banketproducten, zuivel, snoep, charcuterie. Overal waar microbieel bederf een rol speelt."
De concurrentie bestaat uit twee grote groepen. Enerzijds consultants die case per case analyseren en op basis van data en modellen een advies formuleren. "Dat traject duurt maanden en vraagt veel tijd van de klant." Anderzijds bestaan er academische tools, ontwikkeld voor en door wetenschappers. "Dan moet je modellen kunnen lezen en zelf beslissen welke formules je gebruikt. In de praktijk hebben voedingsbedrijven daar zelden tijd of expertise voor. Wij zijn vandaag de enige die producenten op basis van hun recept en proces zélf een houdbaarheidsberekening laten maken in een gebruiksvriendelijke tool", vat ze samen.
Onze VLAIO-bedrijfsadviseur hielp ons onze plannen scherper te formuleren, dacht mee over de keuze van instrumenten en bracht ons in contact met de juiste mensen. Die begeleiding maakt echt een verschil als je tegelijk aan technologie, team en markt aan het bouwen bent.
Van testkit naar softwarebedrijf
Shelfion begon niet als softwarebedrijf, maar als I-challenge, een spin-off rond een innovatieve testkittechnologie binnen UGent. "We waren eerst van plan om te bootstrappen", blikt Wendy terug. "Tot Flanders’ FOOD ons in contact bracht met VLAIO en ons aanraadde om innovatieve starterssteun aan te vragen. Dat was voor ons een eerste kantelpunt. Zonder die steun hadden we Shelfion waarschijnlijk niet opgericht of veel later."
Met die innovatiestarterssteun kon I-challenge de sprong maken van onderzoeksproject naar onderneming. Daarop volgde een haalbaarheidsstudie. "Onze testkits waren een doorbraak, maar de analysemethode erachter was verouderd. Met de haalbaarheidsstudie konden we de analyses moderniseren, automatiseren en de data beter integreren. Dat was nodig om überhaupt betrouwbare modellen te kunnen bouwen."
De echte strategische shift kwam uit de markt. "Klanten vonden de testkits interessant, maar bleven vragen of het niet sneller kon. Ze hadden antwoorden nodig op enkele minuten, niet op enkele weken. Die feedback maakte duidelijk dat onze modellen op zich waardevoller waren dan alleen de kit. Zo groeide het idee om van een labo- en testkitbedrijf naar een softwarebedrijf te evolueren."
Doorheen dit traject konden Wendy en haar medeoprichters rekenen op een vaste gids bij VLAIO. "Onze VLAIO-bedrijfsadviseur Katelijne Strubbe was de rode draad doorheen de verschillende stappen. Ze hielp ons onze plannen scherper te formuleren, dacht mee over de keuze van instrumenten en bracht ons in contact met de juiste mensen. Die begeleiding maakt echt een verschil als je tegelijk aan technologie, team en markt aan het bouwen bent."
Heel fijn om te zien hoe Shelfion op basis van marktinteractie zichzelf in vraag stelt en zo verder groeit in wat ze te bieden hebben. Dit merkte ik ook op in de begeleiding: hoe ze actief aan de slag gaan met de input en feedback die je hen geeft. Een groeibedrijf om op je radar te hebben!
Van UGent over Wintercircus naar Biotope
In de beginfase zat het team letterlijk tussen de proefbuisjes. "We startten met een klein bureau en een stukje labo aan de universiteit", zegt Wendy. Daarna volgde een eerste verhuis naar het Wintercircus in Gent, waar Shelfion deel uitmaakte van het digitale ecosysteem rond software en data.
"Wintercircus heeft ons veel geleerd over de go-to-market van software. Je zit er samen met andere start-ups die in dezelfde fase zitten. Dat versnelt je leercurve."
De volgende stap was Biotope, de start-up incubator en investeringspoot binnen VIB, in de bio-incubator in Zwijnaarde. Wendy: "Biotope was een echte gamechanger. Zij hebben ons geholpen om de stap te zetten van bootstrapping naar venture capital. We kregen er niet alleen een investering, maar ook intensieve begeleiding, een traject van anderhalf jaar met experten, mentoren en een netwerk van andere deeptechstart-ups."
Ook op vlak van financiering zocht Shelfion bewust externe feedback. "We hebben deelgenomen aan FINMIX, het VLAIO-programma waarbij je als start- of scale-up je financieringsplan kosteloos kan voorleggen aan een panel van experten", vertelt Wendy. "Voor klanten pitchen is één ding, voor investeerders iets totaal anders. De feedback uit FINMIX heeft onze storytelling en boodschap veel scherper gemaakt."
Internationale ambities vanaf dag één
Wendy: "Ik ben bioingenieur van opleiding, maar heb mijn carrière vooral doorgebracht in commerciële rollen in binnen- en buitenland. Complexe wetenschappelijke oplossingen uitleggen en verkopen aan klanten wereldwijd, dat is wat ik altijd gedaan heb. Daarom sloot ik me aan bij de professoren achter Shelfion (voorheen I-Challenge) om net die brug naar de markt te slaan."
Die internationale ervaring tekent ook de ambities van Shelfion. "Voedingsbedrijven zijn bijna per definitie internationaal. We hadden heel snel klanten buiten België, in Zwitserland en Nederland. Onze technologie lost een universeel probleem op, dus we denken vanaf dag één grensoverschrijdend."
De komende jaren focust het team op uitrol in Europa en verdere productontwikkeling. Om die internationale ambities verder te ondersteunen trok Shelfion twee bijkomende investeerders aangetrokken. Rockstart, een Nederlands-Deense Agrifood investeerder en Seederfund dat het bedrijf verder ondersteunt met specifieke expertise in digitale oplossingen.