Prioriteitsas 1: Stimuleren van onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie

Om de Europa2020-doelstellingen op het vlak van innovatie te realiseren, dienen nog veel regio’s belangrijke bijkomende inspanningen te verrichten. Europa verwacht dat zij zich daarbij focussen op een beperkt aantal veelbelovende domeinen waar zij een comparatief voordeel genieten ten opzichte van andere regio’s. Om de efficiëntie en effectiviteit te verhogen, worden de EFRO-middelen daarom ingezet volgens het slimme specialisatie-principe.

Slimme specialisatie

Voor Vlaanderen worden de EFRO-middelen ingezet binnen acht clusterdomeinen, waarin we ons als regio verder willen onderscheiden:

  1. duurzame chemie (gekoppeld met kunststoffen, duurzaam bouwen, technisch textiel en biogebaseerde technologie);
  2. gespecialiseerde maakindustrie;
  3. gepersonaliseerde gezondheidszorg (medische technologieën: moleculaire diagnostiek, nano-technologie en nano-elektronica);
  4. gespecialiseerde logistiek (voedingssector, farmaceutische industrie, recyclage ,…);
  5. gespecialiseerde agro-food;
  6. geïntegreerde cluster bouw-milieu-energie;
  7. slimme systemen (smart systems);
  8. creatieve industrieën en diensten (nieuwe media, e-gezondheidszorg, sociale innovatie)

Ook de doorstroming van kennis naar maatschappelijke en economische  toepassingen vormt een moeilijke schakel in de ontwikkeling van de Vlaamse kenniseconomie. Daarom gaat binnen prioriteitsas 1 de aandacht uit naar (het stimuleren van) valorisatie en disseminatie van innovatieve toepassingen.

Daarbij worden 2 specifieke doelstellingen vooropgesteld:

  • Specifieke doelstelling 1: Bevorderen van co-creatie om de O&O-resultaten beter te valoriseren;
  • Specifieke doelstelling 2: Ondersteunen van de overdracht en verspreiding van technologieën met het oog op kennisvalorisatie en vermarkting;

Specifieke doelstelling 1:  Bevorderen van co-creatie om de O&O-resultaten beter te valoriseren

Onderzoek en ontwikkeling monden in Vlaanderen nog onvoldoende uit in concrete marktintroducties. Een proeftuintraject of living lab kan de stap naar het vermarkten van een nieuw product of dienst in grote mate stimuleren. Living labs zijn test- en ontwikkelingsomgevingen, in een realistische context. Het gaat hierbij om samenwerkingsverbanden tussen bedrijven, kennisinstellingen, overheden en gebruikers, die nieuwe producten, diensten of business-modellen ontwikkelen. Het principe van co-creatie, waarbij ontwikkelaar/producent en consument/gebruiker met elkaar in verbinding staan, staat hier steeds  centraal. In het bijzonder laten proeftuinen en living labs toe om nieuwe producten te testen in real life omgevingen en dit in contact met de reële gebruikers.

Specifieke doelstelling 2: Ondersteunen van de overdracht en verspreiding van technologieën met het oog op kennisvalorisatie en vermarkting

Demonstratieprojecten zijn een belangrijk instrument om kennisvalorisatie te stimuleren. Ze vormen  een brug tussen enerzijds het afronden van onderzoek en ontwikkeling en anderzijds het uitrollen van de innovatie over heel Vlaanderen. Naast het demonstreren van innovatieve technieken en methodieken, komen ook flankerende, ondersteunende acties zoals bijv. ondernemersbegeleiding en netwerkactiviteiten in aanmerking.

Contactpersonen

erik.degendt@vlaio.be