Miniatuurhart naar de ruimte voor verouderingsonderzoek

Publicatiedatum

Vijf Belgische bedrijven en onderzoekscentra bundelen hun krachten in het project AstroCardia. Met dat project maken ze er hun missie van om de hartgezondheid te verbeteren. En dat doen ze op een wel heel bijzondere plek: in de ruimte. Het project ontvangt financiële steun van VLAIO als ICON-intercluster (MEDVIA en Flanders Space). 

AstroCardia Mission Controle Centre

Onderzoek naar hart- en vaatziekten

Het risico op hart- en vaatziekten stijgt naarmate we verouderen. Onderzoekers van Space Applications Services, SCK CEN, QBD Group, BIO INX en Antleron onderzoeken in het project AstroCardia hoe dat komt. Ze doen dit in de ruimte omdat wetenschappers hartveroudering daar beter kunnen onderzoeken.

“Ons hart verandert als we ouder worden. Het wordt langzaam groter en stijver, de slagader verkalkt en de pompkracht gaat achteruit. In de ruimte zorgen factoren als stress, microzwaartekracht en straling ervoor dat die verouderingsprocessen twintig keer sneller optreden. In de ruimte spoelen we de tijd dus door. En dat geeft ons de unieke kans om onderzoeksresultaten te bekomen die we hier op aarde niet kunnen verkrijgen. Het onderzoek zal volledig automatisch verlopen en vanop afstand bediend worden”, vertelt Hilde Stenuit, projectcoördinator en onderzoeker bij Space Applications Services.

In de ruimte treden verouderingsprocessen twintig keer sneller op, we spoelen de tijd dus door.

Hilde Stenuit
projectcoördinator en onderzoeker bij Space Applications Services

"Heart-on-a-chip": een 3D-bioprint hartmodel

Een levend mensenhart en alle daarmee verbonden processen diepgaand onderzoeken is praktisch onmogelijk. Daarom bioprinten de onderzoekers een miniatuurhart op een chip en bouwen ze daarrond een kunstmatig bloedvatenstelsel.

Dat heet ‘heart-on-a-chip’: een chip van een paar vierkante millimeter waarop hartspiercellen zijn geprint. De ‘inkt’ bestaat uit biomaterialen en stamcellen die zich tot elke mogelijke cel in het lichaam kunnen ontwikkelen. De cellen beginnen zich te delen en zich te organiseren tot een menselijk hart in ontwikkeling – een zogenaamde hartorganoïde. Een kunstmatig bloedvatenstelsel voedt dat hart met prikkels, zuurstof en andere voedingsstoffen, totdat het volgroeid is en begint te kloppen. Daarop kunnen de wetenschappers testen uitvoeren. De grootste test staat gepland in 2025, want dan vertrekt zo'n heart-on-a-chip voor vier tot zes weken naar het internationaal ruimtestation ISS. 

Wetenschappelijk model voor hartveroudering

Het consortium hoopt met dit experiment het bewijs op tafel te leggen dat het ontwikkelde hart- en vatenstelsel in de ruimte als wetenschappelijk model voor hartveroudering werkt. “Het miniatuurhart dat amper een chiazaadje groot is, bootst zijn menselijke variant getrouw na. De vernieuwende techniek zou het mogelijk maken om hart- en vaatziekten beter te onderzoeken en eventuele geneesmiddelen uit te testen. Het grootste voordeel is dat we ze kunnen personaliseren door stamcellen van de patiënt zelf te gebruiken. We kunnen op die manier een miniatuurversie van het hart van de patiënt kweken. Dat zou een grote sprong voorwaarts in gepersonaliseerde geneeskunde betekenen" zegt Dr Kevin Tabury, expert radiobiologie van SCK CEN.

Het nucleaire onderzoekscentrum is met dit project niet aan zijn proefstuk toe. Het onderzoekt sinds jaar en dag het effect van straling op hartveroudering in het kader van zowel radiotherapie als ruimtevaart.

3D printer

Bio-inkt

Om een 3D-bioprint van een orgaanchip te maken, is gespecialiseerd materiaal een absolute must. Dat houdt in: een 3D-bioprinter met micrometrische precisie, levende stamcellen en “bio-inkt”. Die stamcellen die zich tot een mini-orgaan ontwikkelen, moeten printbaar zijn en worden samengehouden. Het consortium kan daarvoor rekenen op de expertise van de Belgische start-up BIO INX. “Vergelijk het met een muur metselen. De stamcellen zijn de bakstenen, de bio-inkt de mortel. Bio-inkt is een soort gel, waardoor cellen printbaar worden en waarin ze tijdens en na het printen kunnen overleven”, aldus Jasper Van Hoorick, CEO bij BIO INX.

Technologisch hoogstandje

Het kunstmatige bloedvatenstelsel wordt een technologisch hoogstandje dat de AstroCardia-partners ontwikkelen samen met het R&D-bedrijf Antleron. “Dit project levert waardevolle inzichten in de fysiologie van hartorganoïden. Het is dan ook van groot belang dat de chip waarop we dat miniatuurhart zullen printen, de extreme omstandigheden in de ruimte aankan. We zijn vereerd dat we met onze kennis daaraan kunnen bijdragen”, aldus Jan Schrooten, CEO van Antleron. “Met dit project kijken we voorbij de horizon. We houden ons vandaag al bezig met de problemen waar de maatschappij morgen al mee te maken krijgen. Een gezond hart is niet enkel van belang voor wie nu een cardiovasculaire ziekte lijdt, maar ook voor gezonde astronauten die de ruimte verkennen”, besluit Martijn Reniers, CIO bij QBD.

 

Steun via ICON-interclusterproject

Het consortium kreeg financiële steun van VLAIO via een ICON-interclusterproject. ICON of interdisciplinair coöperatief onderzoek is gericht op interdisciplinaire samenwerking. Bij zo'n project wordt kennis opgebouwd door meerdere bedrijven, in samenwerking met kenniscentra. Voor dit project werken twee speerpuntclusters samen: MEDVIA (cluster voor innovatie in de gezondheidszorg) en Flanders Space (cluster van de Vlaamse Ruimtevaartsector). 

 

Delen: