1 op 6 gemeenten stemt af met buren over uitgifte op bedrijventerreinen
VLAIO lanceerde in 2023 een raamovereenkomst voor de opmaak van een bovenlokaal uitgiftebeleid voor bedrijventerreinen. Met deze oproep gaan maar liefst 47 lokale besturen aan de slag. De steden en gemeenten ontwikkelen in 2025 een bovenlokale visie en concrete handvaten voor de implementatie ervan, samen met partners en een door VLAIO aangesteld consortium.
Deze 47 geselecteerde gemeenten stemmen in 14 trajecten een bovenlokaal uitgiftebeleid af.
- West-Vlaanderen:
- Brugge – Damme – Zedelgem
- Roeselare – Tielt – Wielsbeke
- Ieper – Diksmuide – Poperinge – Veurne – Zonnebeke
- Oostende – Middelkerke – Gistel – Ichtegem – Bredene – Oudenburg
- Oost-Vlaanderen:
- Sint-Niklaas – Temse – Waasmunster
- Aalst – Geraardsbergen – Ninove – Erpe-Mere
- Oudenaarde – Ronse – Zottegem
- Antwerpen:
- Malle – Brecht – Schoten
- Puurs-Sint-Amands – Willebroek – Bornem
- Vlaams-Brabant:
- Beersel – Halle – Sint-Pieters-Leeuw – Drogenbos
- Dilbeek – Asse
- Leuven – Bertem – Kortenberg - Herent
- Limburg:
- Hasselt – Alken
- Houthalen-Helchteren – Genk
In acht van deze trajecten stellen de gemeenten binnenkort met de steun van VLAIO ook een gebiedsregisseur aan voor een periode van 5 jaar. Die persoon zal de bovenlokale visie en plannen op de bedrijventerreinen verder uitvoeren en opvolgen.
Wat gaan deze gemeenten doen?
De lokale besturen in ieder traject worden kosteloos begeleid door IDEA Consult en Schoups Advocaten, of door Sweco, CityD-Wes en DLA Piper. Bij de meeste trajecten sluiten ook regionale en provinciale partners zoals intercommunales, provincies en POM’s aan. Ook op Vlaams niveau engageert het Departement Mobiliteit en Openbare Werken met de vervoerregio’s, De Vlaamse Waterweg en Departement Omgeving zich om hun kennis en netwerk ter beschikking te stellen.
Deze samenwerking zal in eerste instantie een grondige analyse maken van de cluster aan bedrijventerreinen. De knelpunten en troeven van iedere site worden beoordeeld. De bovenlokale uitgiftevisie gebaseerd op deze analyse zal leiden tot verschillende vestigingsmilieus over de gemeentegrenzen heen. Waar willen we kmo’s, detailhandelsclusters, logistiek en industrie wel of net niet? De visie schept een beeld van de gewenste toestand.
Na het opmaken van de visie gaan de steden en gemeenten met de consortia werken aan concrete uitgifteplannen. Hierin staan de criteria die de lokale besturen willen handhaven voor ieder bedrijventerrein. Voorbeelden zijn het type activiteiten, watergebondenheid, aantal bezoekers en personeel, uitrusting, gebruiksmodaliteiten, duurzaamheidsvereisten, bouw- en exploitatieverplichting, etc.
Ten slotte zal het consortium de lokale besturen ook een zetje geven door een samenwerkingsmodel uit te denken om de bovenlokale uitgiftevisie en -plannen in de praktijk te brengen.
Koffie en gebak brak het ijs tussen buurgemeenten
Samenwerken tussen gemeenten begint met elkaar beter leren kennen. Daarom organiseerde VLAIO voor verschillende van de bovenvermelde trajecten een vooroverleg ‘op de koffie bij de buren’ tijdens de inschrijfperiode van deze oproep. VLAIO gaf er duiding bij de doelstellingen van het bovenlokaal uitgiftebeleid en op welke begeleiding de gemeenten konden rekenen. Iedere sessie inspireerde steden en gemeenten tot een effectieve projectaanvraag.
