Samengevat
Wil je concreet aan de slag om een (deel van een) productieproces te verduurzamen, maar twijfel je nog aan de technische en economische haalbaarheid? Laat dan eerst een vergroeningsscan uitvoeren ter voorbereiding van je investering.
Wat houdt de maatregel in
Ondernemingen in het Vlaamse Gewest kunnen van VLAIO een subsidie verkrijgen voor een aantal ecologische investeringen die op een limitatieve technologieënlijst (LTL) zijn vermeld. De technologieën zijn in de lijst ingedeeld onder de thema’s koeling, transport, warmte/verwarming, water en diverse.
Naast de ecologiepremie+ is er de Strategische ecologiesteun die tegemoet komt aan ondernemingsspecifieke investeringsprojecten vanaf € 1,5 miljoen en de subsidie GREEN voor ondernemingsspecifieke investeringsprojecten voor de thema's vergroening, elektrificatie en bepaalde investeringen gericht op energie-efficiëntie (vanaf € 50.000 projectkosten). Voor GREEN gelden technologieën die niet gesteund worden via de ecologiepremie+ of voor technologieën van de ecologiepremie+ voor doelgroepen die niet in aanmerking komen voor de ecologiepremie+, zoals vzw's met een economische activiteit en grote ondernemingen (voor sommige technologieën).
Wie komt in aanmerking
Zowel kmo's als grote ondernemingen
Alle kmo's en grote ondernemingen (go) die investeren in een (toekomstige) exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest en een aanvaardbare rechtsvorm (zie Toelichting bij aanvaardbare rechtsvorm) hebben komen in aanmerking. Deze moet als vestiging zijn ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen:
- Wie nog geen vestiging heeft bij steunaanvraag, moet deze hebben tijdens het uitvoeren van de ecologie-investeringen.
- Als je tot de doelgroep van EBO Vlaanderen behoort, moet je ook toegetreden zijn tot de energiebeleidsovereenkomst en de energiebeleidsovereenkomsten naleven.
Voor de omvang van de ecologiesteun wordt er een onderscheid gemaakt tussen kmo's en grote ondernemingen. Hierbij dient de onderneming te beantwoorden aan de Europese kmo-definitie met het zelfstandigheidscriterium.
Criteria | kmo | go |
---|---|---|
Tewerkstelling | minder dan 250 VTE | vanaf 250 VTE |
ofwel jaaromzet ofwel balanstotaal | maximum €50 miljoen maximum €43 miljoen | meer dan €50 miljoen meer dan €43 miljoen |
Zelfstandigheidscriterium |
---|
Zelfstandigheid uit zich in het samentellen van de data van de steunaanvragende onderneming met deze van de participerende (vanaf meer dan 25% participatie) en verbonden (vanaf meer dan 50% participatie) ondernemingen (zie ook de Europese kmo-definitie). |
Wanneer één van deze criteria wordt overschreden is men een grote onderneming. Voor de bepaling van de grootte van de onderneming wordt gekeken naar de twee neergelegde jaarrekeningen voorafgaand aan het moment van indiening.
Financiering via een patrimoniumvennootschap is mogelijk onder bepaalde voorwaarden.
De aanvrager kan de ecologie-investeringen uitvoeren en exploiteren in een vestiging van een andere onderneming (derde partijfinanciering). De aanvrager mag de ecologie-investeringen enkel uitvoeren en exploiteren ten gunste van één andere onderneming, gedurende minstens vijf jaar. Check hier alle voorwaarden.
Uitgesloten
- Ondernemingen in moeilijkheden worden uitgesloten van steun ingevolge Europese regelgeving.
- Ondernemingen met een overheidsaandeel vanaf 50%. Dit geldt niet voor investeringen in warmtenetten, walstroom, energiedelen en industriële waterzuivering die via private middelen worden gefinancierd.
- Vzw’s zijn geen aanvaardbare juridische vorm voor de EP+. Vzw's met een economische activiteit die in aanmerking komen voor GREEN steun kunnen voor groene warmte en energie-efficiëntie technologieën vermeld op de LTL EP+, GREEN steun aanvragen.
- Ondernemingen die zich in een rechtstoestand van ontbinding, stopzetting, faillissement of vereffening bevinden, een insolventieprocedure lopende hebben of ondernemingen tegen wie een Europese procedure voor terugvordering van steun loopt.
- Grote ondernemingen die uitgesloten zijn voor een groene warmte of energie-efficiëntietechnologie vermeld op de LTL EP+ kunnen voor deze technologie steun verkrijgen via GREEN.
- Investeringen voor de primaire sector (landbouw, visserij en aquacultuur) zijn uitgesloten. Ondernemingen met een hoofdactiviteit in de primaire sector kunnen wel steun krijgen voor een investering voor een andere activiteit dan de primaire sector (dit kan het geval zijn voor sommige ondersteunende diensten of nevenactiviteiten, denk bijvoorbeeld aan een B&B of een zuivelwinkel).
Wat komt in aanmerking
Thema's
Een ecologiepremie wordt toegekend aan de technologieën die opgenomen zijn in een limitatieve technologieënlijst (afgekort LTL EP+). Voor aanvragen ingediend vanaf 1 juli 2024 zijn er 44 technologieën steunbaar. De technologieën zijn opgedeeld in volgende thema's:
De volledige LTL EP+ kan je vinden op www.vlaio.be/nl/subsidies-financiering/limitatieve-technologieen.
Je kan op de lijst o.m. volgende investeringen vinden: geothermische warmtepompen, thermische zonnesystemen, warmteproductie uit biogas via vergisting, koelsystemen op alternatieve koudemiddelen (CO2, propaan, ...) en ammoniak, tankinfrastructuur voor waterstof, struvietrecuperatie, aanwenden expansie-energie, ORC (Organic Rankine Cycle) op procesrestwarmte, walstroomvoorziening scheepszijde binnenvaart, autonoom elektrisch koelaggregaat, chemische warmtepomp, ...
Uitgesloten
- Investeringen die wettelijk verplicht zijn, komen niet in aanmerking voor steun. Denk hierbij aan investeringen om te voldoen aan:
- Europese of Vlaamse normen (bijv. VLAREM, RED III);
- verplichtingen in het kader van energiebeleid Vlaanderen (bijv. energieplan, energie-audit, energiebalans, energieprestatieregelgeving);
- de voorwaarden opgenomen in de omgevingsvergunning.
- Ecologie-investeringen die niet voor beroepsdoeleinden worden gebruikt of die enkel verhuurd worden komen niet in aanmerking.
Aanpassingen LTL lijst
Een overzicht van de aanpassingen t.o.v. de vorige lijst kan je hier vinden: Wat > rubriek Recente wijzigingen.
Omvang steun
De ecologiepremie wordt toegekend in de vorm van een subsidie. Het bedrag van de ecologiepremie wordt bepaald door het vermelde nettosteunpercentage op het investeringsbedrag van de vermelde essentiële componenten van de technologie dat afhankelijk is van de grootte van de onderneming (kmo of go).
De steun is steeds van toepassing op het beroepsmatig deel van de essentiële componenten exclusief installatiekosten behalve waar vermeld bij de technologie. De investeringen moeten steeds geactiveerd worden op de balans en over minimum drie jaar afgeschreven worden. De investeringen moeten ook minimum vijf jaar na realisatie in de onderneming behouden blijven.
Het totale bedrag aan toegekende ecologiepremie bedraagt maximaal € 1 miljoen per onderneming over een periode van drie jaar te rekenen van de indieningsdatum van de eerste positief besliste steunaanvraag.
Cumulatieverbod
Deze subsidie kan niet gecumuleerd worden met enige andere overheidssteun. Dat betekent dat de onderneming geen steun mag aanvragen voor dezelfde in aanmerking komende investeringskosten. Er is dus geen overlap toegestaan met andere steun bij VLAIO, subsidies van VEKA (Vlaams Energie- en Klimaatagentschap), de investeringsaftrek, Ecoboostlening, Mijn verbouwpremie, enz...).
Aanvraagprocedure
Je kan de ecologiepremie+ doorlopend aanvragen. Alle informatie kan je vinden op de pagina Aanvraagprocedure. Je kan er een demo vinden met alle stappen van de aanvraag.
- Je kan via het aanmeldingsformulier jouw ecologische plannen aftoetsen. Vertel hierin wat jouw investeringsplannen zijn. Dan bekijken we samen of jouw investeringsplannen in aanmerking komen voor steun en waar de aandachtspunten liggen voor het opmaken van een goede steunaanvraag.
- De subsidieaanvraag gebeurt online op de VLAIO website www.vlaio.be/nl/subsidies-financiering/ecologiepremie > roze knop 'Aanvragen'. Je komt dan terecht op e-loketondernemers.
Opgelet
- Een project mag pas starten vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de subsidieaanvraag werd ingediend. Onder start van het project wordt begrepen:
- de datum van de engineeringfactuur of eerste factuur van aankoop;
- de datum van de ondertekening van een financiële leasingovereenkomst.
Bijvoorbeeld: je dient de subsidieaanvraag in op 24 juli. In dat geval mag de investering ten vroegste starten op 1 augustus. Dien je in op 8 augustus, dan mag de investering ten vroegste beginnen op 1 september. Dat staat los van een eventuele goedkeuring van de subsidie.
- Het project dient te starten binnen de twaalf maanden na goedkeuring van de subsidie. Als deze termijn overschreden wordt, kan mits grondige motivatie de minister beslissen over de verlenging van deze termijn.
- Het project moet uitgevoerd zijn ten laatste drie jaar na beslissingsdatum tot steuntoekenning.
Check alle voorwaarden in de 'Handleiding' en de 'Toelichting bij technische vragen ecologiepremie+' vooraleer je indient (zie rubriek documenten).
Uitbetalingsprocedure
De steun wordt na goedkeuring uitbetaald in drie schijven (ten vroegste één maand na de beslissing tot toekenning):
- een eerste schijf (30%) nadat 30% van de investeringen zijn gerealiseerd;
- een tweede schijf (30%) nadat 60% van de investeringen zijn gerealiseerd;
- een derde schijf (40%) na beëindiging van de investeringen en na controle van het dossier.
De uitbetaling van een schijf moet je aanvragen via de webapplicatie.
Opgelet! De steun moet ten laatste twaalf maanden na het beëindigen van het investeringsproject (laatste factuurdatum bij aankoop of ondertekeningsdatum financieel leasecontract) opgevraagd worden.
Voorbeelden
Voorbeeld 1
Een kmo-vleesverwerkingsbedrijf installeert (excl. plaatsingskosten) een nieuwe koelinstallatie voor productkoeling op 4°C met 200kW koelvermogen en op -10°C met 150kW op basis van alternatieve koelmiddelen ter waarde van € 50.000 en met een warmterecuperatiesysteem van € 10.000. De nieuwe en de bestaande koelinstallaties per temperatuurniveau, hebben een totaal koelvermogen van minder dan 300 kW.
- Technologie: zie LTL-EP+ 2024-02 technologienr. 201100: “Koelsysteem op basis van natuurlijke koudemiddelen (uitgezonderd ammoniak) met een totaal koelvermogen tot en met 300kW, inclusief recuperatie van restenergie"
De restwarmte wordt gerecupereerd en ingezet binnen de onderneming als proceswarmte of voor klimatisatie overeenkomstig de voorwaarden van recuperatie van restenergie
- uitleg:
- Een nieuw koelsysteem voor het koelen van ruimten, producten of processtromen op basis van natuurlijke koudemiddelen (CO2, propaan, (iso)butaan, propyleen, ethyleen, of ethaan) waarbij de restenergie gerecupereerd wordt. Het totale koelvermogen binnen de vestiging van de onderneming van de verschillende installaties moet na realisatie kleiner of gelijk zijn aan 300kW. Indien er een temperatuursverschil is van minimum 5°C van de koeltoepassing, mogen de verschillende koelsystemen opgesplitst worden per temperatuursniveau voor de berekening van het totale vermogen.
- nettosteunpercentage: kmo 15% - go 12%
- essentiële componenten: koelsysteem met alternatief koudemiddel (compressor, condensor, leidingen, appendages, expansieventiel en verdamper) inclusief het systeem voor recuperatie en inzet van restenergie (excl. afgiftesysteem).
- steun: stel dat dit een kmo is: subsidie= 15% voor koelsysteem met warmterecuperatiesysteem
- omvang subsidie = bedrag essentiële componenten (excl. btw en excl. plaatsing) x nettosteunpercentage
= (€ 50.000 + € 10.000) x 15%
= € 9.000
Voorbeeld 2
Een 50% dochter van een multinational actief in de voedingsindustrie in diepgevroren voedingsproducten zal 3 nieuwe vrachtwagens aankopen op 100% elektriciteit van € 410.000 per vrachtwagen zonder opbouw.
- Technologie: zie LTL-EP+ 2024-02 technologienr. 201071: “Elektrische vrachtwagen”
- uitleg:
- Nieuwe vrachtwagen (meer dan 3,5 ton) met 100 % elektrische aandrijving, zonder opbouw en met een maximum in aanmerking komend investeringsbedrag van € 400.000 per vrachtwagen. Per onderneming komen voor deze technologie maximum twee vrachtwagens in aanmerking voor steun. Hybride vrachtwagens (deels op fossiele brandstoffen) komen niet in aanmerking voor steun"
- nettosteunpercentage kmo: 35% - go: 21%
- essentiële componenten: nieuwe vrachtwagen met 100% elektrische aandrijving (zonder opbouw)
- Steun: stel dat dit een 50% dochter is van een grote onderneming dan is de onderneming zelf ook een grote onderneming.
- Omvang subsidie= bedrag essentiële componenten x nettosteunpercentage
= € 800.000 x 21%
= € 168.000
* Maximaal € 400.000 per vrachtwagen en maximaal twee vrachtwagens op te geven (€ 410.000 > € 400.000 x 3 > 2 = € 800.000 op te geven bedrag).
Vrijgesteld van vennootschapsbelasting
Sinds 1 januari 2006 geldt er een vrijstelling van vennootschapsbelasting voor kapitaal- en interestsubsidies die door de gewesten in het kader van de economische expansiewetgeving toegekend worden aan ondernemingen om “immateriële en materiële vaste activa aan te schaffen of tot stand te brengen”. Ondernemingen als natuurlijke persoon (zelfstandigen, éénmanszaken, ...) zijn niet vrijgesteld van belasting op de ecologiepremie plus.
Ook voor deze maatregel geldt deze vrijstelling. Voor meer informatie zie Veelgestelde vragen: welke subsidies worden vrijgesteld van belasting.
Blijf op de hoogte
Wil je op de hoogte blijven van wijzigingen van deze maatregel en andere maatregelen in de Subsidiedatabank? Dat kan via de gratis 'Nieuwsbrief van de Subsidiedatabank'.
Contact
Een overzicht van de fysieke kantoren en het postadres van VLAIO kan je vinden op de website > adressen. Neem bij voorkeur contact op met VLAIO via e-mail of telefoon.