Gewijzigde maatregelen

Ondernemingen kunnen voor de uitvoering van bepaalde investeringen een bepaald percentage van de aanschaffings- of beleggingswaarde van de investeringen aftrekken van de belastbare winst. De aftrek varieert van 10 tot 40% afhankelijk van de categorie: digitale investeringen, (hernieuwbare) energie, koolstofemissievrij vervoer, milieuvriendelijke investeringen voor O&O en verwerving van octrooien.

Zoals in het regeerakkoord was voorzien wordt de huidige investeringsaftrek aangepast. De aanpassingen zouden in werking treden vanaf 1 januari 2025: 1. De aftrekbeperking bij de aftrek van overgedragen investeringsaftrek wordt geschrapt. 2. De tarieven van de 'Verhoogde thematische investeringsaftrek' bedragen voortaan 40% voor zowel grote vennootschappen als kleine vennootschappen. 3. Er wordt verduidelijkt dat de verhoging van de 'basisaftrek' van 10% tot 20% voor bepaalde digitale investeringen wel degelijk enkel voor kleine vennootschappen geldt. 4. Er wordt ook verduidelijkt dat het cumulverbod van het 'Belastingkrediet onderzoek en ontwikkeling' en de investeringsaftrek enkel betrekking heeft op de 'Technologieaftrek', zoals onder het oude systeem ook het geval was. Meer informatie kan je terugvinden in het ontwerp van de Wet houdende diverse bepalingen (Parlementair Document 56K0963 (afdeling 5 op dekamer.be). Deze informatie is dus nog onder voorbehoud.

Ondernemers met een eenmanszaak die hun eigen vermogen verhogen, kunnen hiervoor een belastingkrediet krijgen. Dit belastingkrediet wordt verrekend met de verschuldigde personenbelasting en het eventuele saldo is terugbetaalbaar. Het wordt berekend op de aangroei van het eigen vermogen in vergelijking met het hoogste bedrag op het einde van één van de drie voorgaande belastbare tijdperken.

Om zelfstandigen extra te ondersteunen voorziet de federale regering een verdubbeling van deze incentive voor eigen middelen naar 20%. Ook het maximumbedrag van € 3.750 wordt verdubbeld naar € 7.500. Deze wijzigingen zijn van toepassing vanaf aanslagjaar 2026. Meer informatie kan je terugvinden in het ontwerp van de Wet houdende diverse bepalingen (Parlementair Document 56K0963 (afdeling 10) op dekamer.be). Deze informatie is dus nog onder voorbehoud. 

Zelfstandige ondernemers (geen vrije beroepen) kunnen een belastingvrijstelling verkrijgen ten belope van € 20.100 ((aanslagjaar 2026) per bijkomende personeelseenheid die in België voltijds wordt tewerkgesteld als 'diensthoofd voor de uitvoer' of als 'diensthoofd van de afdeling Integrale Kwaliteitszorg'.

Er werd beslist door de federale regering om deze economische vrijstelling enkel nog te behouden voor zover de aanwerving uiterlijk op 30 juni 2025 plaatsvond. Meer informatie kan je terugvinden in het ontwerp van de Wet houdende diverse bepalingen (Parlementair Document 56K0963 (afdeling 11) op dekamer.be). Deze informatie is dus nog onder voorbehoud. 

Werkgevers kunnen in bepaalde gevallen gedeeltelijk worden vrijgesteld om de verschuldigde bedrijfsvoorheffing op de lonen van bepaalde werknemers door te storten aan de fiscus. Deze maatregel geeft een overzicht van de meeste mogelijkheden: investeren in een steunzone, onderzoek en ontwikkeling, opleiding, ploegen- en nachtarbeid, starters, enz...

Zowel het fiscaal voordeel van de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing op de 180 overuren met overwerktoeslag als het fiscale gunstregime van de 120 relance overuren werd verlengd van 30 juni 2025 tot 31 december 2025. Dit werd opgenomen in de Programmawet van 18 juli 2025 (BS van 29 juli 2025) in Hoofdstuk 9. Dit is een tijdelijke oplossing tot de volledige hervorming die wordt vermeld in het regeerakkoord (zie p.18) wordt doorgevoerd.

Zelfstandigen en vrije beroepen met minder dan 11 werknemers, kunnen een belastingvrijstelling verkrijgen van € 7.480 (aanslagjaar 2026) per in België bijkomende tewerkstelling van personeel met een laag loon.

Zoals de federale regering heeft aangekondigd, zal deze economische vrijstelling niet meer kunnen worden toegepast vanaf aanslagjaar 2026. Meer informatie kan je terugvinden in het ontwerp van de Wet houdende diverse bepalingen (Parlementair Document 56K0963 (afdeling 11) op dekamer.be). Deze informatie is dus nog onder voorbehoud.