Waarborgregeling tot 1,5 miljoen euro

Laatst gewijzigd op 7 feb 2024 (Alle wijzigingen)

Samengevat

Voor wie
ondernemingen
Voor wat
kredieten en leasingovereenkomsten
Bedrag waarborg
tot 75% van de verbintenissen (plafond: € 750.000 tot € 1,5 mln.)

Op zoek naar financiering? Bekijk ook het thema Financiering op de website van VLAIO.

Wat houdt de maatregel in

Kmo's en grote ondernemingen (incl. vzw's met economische activiteit) die geen financieringsovereenkomst kunnen afsluiten door een gebrek aan voldoende waarborgen, kunnen bij 'financiële instellingen erkend als waarborghouder', tot 75% van de verbintenissen laten waarborgen door de Vlaamse overheid (PMV). Dit tot een maximum bedrag van € 1,5 miljoen. Ook voor bepaalde leasingcontracten geldt deze regeling.

1. Doordat de-minimisverordening op 1 januari 2024 werd gewijzigd (zie nieuwsbericht op de VLAIO website) zijn de waarborgen voor financiering van rollend materiaal niet meer uitgesloten. Het bruto subsidie equivalent (BSE) is verhoogd naar € 300.000 en geldt nu ook voor de transportsector voor goederenvervoer over de weg, waar dit voorheen beperkt was tot € 100.000.
2. Er kan in de toekomst ook door de sectoren landbouw, visserij en aquacultuur een beroep worden gedaan op de waarborgregeling bij bepaalde waarborghouders. Dit wel voor beperkte bedragen en een beperkte looptijd: € 150.000 (BSE: € 20.000) voor de landbouw en € 225.000 (BSE: € 30.000) voor visserij en aquacultuur gedurende maximum 5 jaar. Voor deze 3 sectoren worden specifieke de-minimisverordeningen gebruikt.

Wie komt in aanmerking

Zowel zelfstandigen, vrije beroepen, kmo’s alsook grote ondernemingen kunnen een beroep doen op deze waarborgregeling.

Ook een vzw die een economische activiteit uitoefent kan gebruik maken van de Waarborgregeling. Er is sprake van een economische activiteit op het moment dat er goederen of diensten op de markt worden aangeboden.

Bepaalde sectoren zijn uitgesloten van steun op basis van de gewone de-minimisverordening:

  • Ondernemingen uit de sector visserij en aquacultuur;
  • Ondernemingen uit de sector van de productie van landbouwproducten;
  • Ondernemingen uit de sector verwerking en afzet van landbouwproducten, in de volgende gevallen: wanneer het waarborgbedrag wordt vastgesteld op basis van de prijs of de hoeveelheid van dergelijke van primaire producenten afgenomen producten die door de betrokken ondernemingen op de markt worden gebracht of wanneer de waarborg afhankelijk wordt gesteld van de voorwaarde dat deze steun geheel of ten dele aan primaire producenten wordt doorgegeven;
  • Ondernemingen die een waarborg willen voor werkzaamheden die verband houden met de uitvoer naar derde landen of lidstaten van de EU: namelijk: 
    • wanneer de waarborg direct aan de uitgevoerde hoeveelheden is gerelateerd, 
    • en waarborgen verleend voor de oprichting en exploitatie van een distributienet of andere lopende uitgaven in verband met werkzaamheden op het gebied van uitvoer.
  • Wanneer de waarborg afhangt van het gebruik van binnenlandse in plaats van ingevoerde goederen.

*Wanneer een onderneming actief is in één van deze sectoren alsook in één of meer andere sectoren of andere activiteiten verricht, kan een waarborg worden verleend mits ervoor is gezorgd, met passende middelen zoals een scheiding van de activiteiten of een uitsplitsing van de kosten, dat de activiteiten in de van het toepassingsgebied van de de-minimis uitgesloten sectoren geen Waarborgregeling genieten.
Voor deze sectoren kan desgevallend de de-minimissteun visserij en aquacultuur gebruikt worden of de de de-minimissteun landbouw.

Waar dient de investering te gebeuren

Het moet gaan om een investering op het grondgebied van het Vlaamse Gewest of activiteiten van een in het Vlaams Gewest gelegen exploitatiezetel van de betrokken onderneming.

Financieringen voor export en de oprichting en uitbating van een distributienet in het buitenland zijn uitgesloten.

Omvang en voorwaarden van de waarborg

Voor welke kredieten

De waarborg kan verkregen worden voor o.a. investeringskredieten, kaskredieten en straight loans, overname, borgstellingskredieten en leasingovereenkomsten.

De waarborg mag niet worden gebruikt om achterstallige of reeds bestaande schulden te betalen.

Een reorganisatie of herschikking van bestaande of toegestane kredieten waarbij het risico verplaatst wordt ten nadele van het Vlaamse Gewest, kan ook niet gewaarborgd worden.

Bedrag

De waarborg kan ten hoogste tot 75% van het kredietbedrag dekken. De waarborg heeft dus een aanvullend en niet-vrijblijvend karakter. Ze komt bovenop de andere zekerheden die de bank of leasingmaatschappij vraagt.

De waarborghouder heeft de mogelijkheid om zelf te beslissen over het gebruik van de Waarborgregeling voor dossiers met een waarborgbedrag tot en met € 750.000. 

Dit kan worden verhoogd tot en met € 1,5 miljoen na grondig onderzoek van PMV en de goedkeuring door de Vlaamse minister van Economie.

Voor het bekomen van de waarborg dient de onderneming een éénmalige premie te betalen. De premie wordt berekend in functie van de omvang en de looptijd van de waarborg (zie ‘Berekening premie’).

De waarborg heeft een aanvullend en niet-vrijblijvend karakter en komt bovenop de andere zekerheden die de bank of leasingmaatschappij vraagt.

Looptijd

De maximale looptijd voor waarborgen tot en met € 1,125 miljoen bedraagt 10 jaar, voor waarborgen groter dan € 1,125 miljoen tot en met € 1,5 miljoen bedraagt de maximale looptijd 5 jaar.

Waarborgen boven € 75.000 onder de-minimis landbouw zijn beperkt tot maximum 5 jaar. Waarborgen boven € 112.500 onder de-minimis visserij en aquacultuur zijn beperkt tot maximum 5 jaar.

De-minimis

Deze maatregel valt momenteel onder de toepassing van de Europese de minimis-regelgeving. Hierdoor mag het totaal aan de-minimissteun dat één onderneming ontvangt over een periode van drie jaar niet meer dan € 300.000 bedragen. Om het bedrag van de de-minimissteun van de waarborg (het zogenaamde Brutosubsidie-equivalent (BSE) te berekenen dient men de volgende formule te hanteren: BSE = waarborgbedrag x 26,666666667% x duur van de waarborg). Voor de de-minimissteun specifiek voor de sector primaire landbouw en de-minimissteun specifiek voor de sector visserij en aquacultuur ligt het maximale BSE op respectievelijk € 20.000 en € 30.000 over een periode van 3 jaren. Meer informatie kan je raadplegen op onze website Veelgestelde vragen: de-minimis

Berekening premie

De premie voor de Waarborgregeling wordt berekend volgens de formule: bedrag van de waarborg x duur van de waarborg in jaren x 0,5%.

De kredietnemer dient de premie in één keer te betalen vooraleer de waarborg in werking treedt.

De duurtijd van de waarborgregeling is beperkt tot maximum 10 jaar voor bedragen tot € 750.000 en tot maximum 5 jaar voor bedragen tot € 1,5 miljoen.

Leasingmaatschappijen dienen voor het doorrekenen van de premie aan de kredietnemer steeds btw aan te rekenen op hun factuur (dit in tegenstelling tot de banken die mogen factureren zonder btw). Btw-plichtigen kunnen die btw geheel of gedeeltelijk (volgens verhoudingsgetal) terugvorderen van de staat via hun btw-aangifte.
Vrije beroepen zijn niet btw-plichtig en kunnen de betaalde btw (net zoals particulieren) niet terugvorderen. Zij zullen dus bovenop hun premie 21% btw betalen die zij niet kunnen terugvorderen.

Wat als het fout loopt

Als je niet meer in staat bent om je krediet terug te betalen, dan kan de financiële instelling het krediet of de leasingovereenkomst opzeggen. In dat geval betaalt PMV haar deel van het openstaande saldo uit aan de waarborghouder bank of leasingmaatschappij, met een maximum van 75%.

Dat wil echter niet zeggen dat je bevrijd bent van schuld.

De financiële instelling dient het kredietdossier uit te winnen, o.a. via verzilvering van de andere zekerheden en zal trachten het door PMV gestorte bedrag te recupereren. Een deel van deze bedragen die de financiële instelling daaruit ontvangt zullen aan PMV doorgestort worden.

Leasingovereenkomsten

De meeste types van leasingovereenkomsten komen in aanmerking voor de Waarborgregeling:

  • onroerende leasing (on-/off- balance)
  • roerende leasing (on-/off balance)
  • huurovereenkomsten gesloten tussen een leasinggever en een kredietnemer, met uitzondering van overeenkomsten betreffende personenauto’s, waarbij de leasinggever het bedrijfsmiddel verwerft om het te verhuren aan de kredietnemer met een wedersamenstelling van het kapitaal in hoofde van de kredietnemer voor minstens 90% d.m.v. de huurprijzen.
  • full option contracten (inclusief onderhoud en/of diensten) kunnen onder de waarborg worden gebracht, maar enkel en alleen voor het kapitaalgedeelte. Het gedeelte onderhoud en/of diensten is uitgesloten van de Waarborgregeling.

Voor de volgende constructies/activa kan geen waarborgregeling worden bekomen:

  • sale and lease back-constructie: omdat die constructie er immers op neer komt dat een klant goederen verkoopt aan een leasingmaatschappij en ze onmiddellijk terugneemt in leasing/renting mits het betalen van periodieke vergoedingen;
  • vendor lease: omdat deze constructie inhoudt dat een leverancier een leasingcontract afsluit met een klant in eigen naam. Vervolgens neemt de leasingmaatschappij dat contract integraal over, zodat de leasingmaatschappij de afbetalingen rechtstreeks bij de klant zal innen;
  • Personenwagens: gedefinieerd als elke auto waarvan de binnenruimte uitsluitend is ontworpen en gebouwd voor het vervoer van personen en die, bij gebruik voor het bezoldigde vervoer van personen, ten hoogste acht plaatsen mag bevatten zonder die van de bestuurder.

Verlenging van de waarborg

De Waarborgregeling kan worden gebruikt voor een aantal vormen van overbruggingsfinanciering:

  • Een verlenging van een bestaande waarborg voor een lijn (bv. kaskrediet) die op eindvervaldag komt
  • Een verlenging van de waarborg van een reeds gewaarborgd krediet. De duurtijd van het krediet (bv. de afbetalingsperiode van een investeringskrediet) wordt dan verlengd. 

De maximale verlenging van de waarborgtermijn bedraagt vijf jaar (inclusief een eerdere periode van verlenging voor een krediet op bepaalde termijn).

Aanvraagprocedure

Om een beroep te doen op deze maatregel moet de onderneming een financieringsovereenkomst afsluiten bij een financiële instelling die werd erkend als waarborghouder:

Aion; AxaBeobank; Bank J. Van Breda & C°; Bank NagelmackersBNP Paribas FortisBelfius Bank; Crelan; HefboomING Belgium; KBC Bank; Rabobank; Socrowd; Triodos BankTrividendTrividend Provincie Antwerpen en VDK Bank.

Ook voor leasingcontracten kunnen alleen officieel erkende leasingmaatschappijen, die als waarborghouder zijn erkend, verbintenissen onder de waarborg brengen:

Belfius Lease Services en ES Finance en De Lage Landen Leasing.

De lijst van waarborghouders kan je ook terugvinden op de website www.pmv.eu/waarborgen > Voorwaarden.

Cumulatie

De waarborgregeling kan worden gecombineerd met een Startlening, Cofinanciering of Cofinanciering+ op voorwaarde dat de maximumbedragen opgelegd door de Europese de-minimis verordening niet worden overschreden. Dit bedraagt in principe € 300.000. Je kan een uitgewerkt voorbeeld vinden op de website van PMV Informatie voor financiële instellingen > Kan ik een waarborg combineren met een Startlening of een Cofinanciering(+)?.

Blijf op de hoogte

Wil je op de hoogte blijven van wijzigingen van deze maatregel én andere maatregelen in de Subsidiedatabank van VLAIO? Dat kan via de gratis Nieuwsbrief van de Subsidiedatabank.

Contact

Adres

Oude Graanmarkt 63
1000 Brussel
België

Contactpersoon
Renate Verhoeven
Telefoon